Prognose financieel
Exploitatie
Op basis van de huidige inzichten en verwachtingen wordt voor het jaar 2016 een voordelig resultaat verwacht van € 27,4 miljoen. Onderstaand wordt dit te verwachten resultaat per programma toegelicht.
Programma 1 Vitaal en Sociaal Breda
Het te verwachten jaarrekeningresultaat van dit programma bedraagt € 11,6 miljoen.
Conform het lopende coalitieakkoord en de Jaarrekening 2015 is het voorstel om de aan het sociaal domein te relateren resultaten te verrekenen met de reserve Sociaal Domein. Het resultaat kent grotendeels geen structurele doorwerking.
Onderdeel van het positieve resultaat zijn incidentele onderdelen als de huishoudelijke hulptoelage (€ 3,6 miljoen) en de terugvordering van verstrekte subsidies 2015 (zorgaanbieders hebben minder kosten gemaakt dan ontvangen subsidie) op het gebied van Beschermd Wonen (€ 1,7 miljoen). Daarnaast wordt vanuit het Rijk fors bezuinigd op de budgetten voor Jeugdhulp en Wmo. Op de rijksbezuiniging voor jeugdhulp hebben we geanticipeerd. Het resultaat zal daarom in 2017 lager zijn als gevolg van deze rijksbezuiniging.
Inkomensverwerving
Het verwacht resultaat exclusief mutaties reserves voor speerpunt Inkomensverwerving bedraagt € 6,2 miljoen nadelig en is hoofdzakelijk toe te wijzen aan BUIG/SW. De verwachte lasten voor BUIG zijn € 6,2 miljoen hoger dan begroot. Ten opzichte van de rapportage aan uw raad van juli 2016 zien we dat het klantenbestand nog steeds stijgt. De belangrijkste reden voor de toename is de verhoogde instroom van statushouders. Daarnaast zien we een stijging van het aantal IOAW- uitkeringen, onder andere als gevolg van de verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd.
Gezien de hogere lasten dan begroot blijft de geraamde dotatie van € 0,8 miljoen aan de reserve sociaal domein achterwege, waardoor per saldo een tekort wordt verwacht op het budget BUIG van circa € 5,4 miljoen. Bij ongewijzigde omstandigheden (doorrekening stand uitkeringen per 1 juli) wordt een tekort van circa € 4,8 miljoen verwacht, waarvan € 1,6 miljoen betrekking heeft op uitkeringslasten voor de verhoogde instroom van statushouders. Echter de verwachting is dat het aantal statushouders in het 2e halfjaar nog verder zal stijgen. Als de stijgende lijn van het 1e halfjaar wordt doorgetrokken betekent dit voor de 2e helft een toename van gemiddeld circa 25 klanten per maand. Dit resulteert in € 0,6 miljoen extra uitkeringslasten.
Bovenstaande prognose is gebaseerd op het definitieve budget BUIG. Het budget is definitief vastgesteld op 30 september 2016. Ten opzichte van het nader voorlopig budget 2016 heeft er een positieve bijstelling plaatsgevonden van € 0,25 miljoen.
Ook in 2016 is er een tijdelijke vangnetregeling. Op basis van de nu bekende cijfers over 2016 (tekort circa € 5,4 miljoen, waarvan € 3,2 miljoen bijstandsuitkeringen overig en € 2,2 miljoen statushouders) komt Breda voor een bedrag van circa € 0,8 miljoen in aanmerking voor deze regeling. Per saldo een tekort op het budget BUIG van € 4,6 miljoen.
Het tekort BUIG zal in principe worden gedekt ten laste van het begrotingsdeel Sociaal Domein.
Participatiebudget re-integratie
De verwachting is dat op het ‘Participatiebudget onderdeel re-integratie 2016’ € 0,1 miljoen minder lasten zijn dan begroot. Dit wordt vooral veroorzaakt door minder uitgaven dan verwacht voor jobcoaching en re-integratietrajecten voor de nieuwe doelgroep mensen met een arbeidsbeperking. Vanwege meervoudige problematiek blijkt de meerderheid van deze groep mensen nog niet toe aan een intensief re-integratietraject en bemiddeling naar werk, maar hebben zij reeds andere ondersteuning. Ook resteert naar verwachting een bedrag voor de businesscase gericht op behoud van werkgelegenheid. We willen onder andere de werkgelegenheid die beschikbaar is voor de SW doelgroep zoveel mogelijk behouden en inzetten voor de gehele gemeentelijke doelgroep. Planvorming vraagt meer tijd dan verwacht. Anderzijds hebben we te maken met hogere uitgaven door uitbreiding van het traject gericht op gedragsverandering ‘Switch’. Het project heeft zich ten aanzien van de doelgroep ‘niet-willers’ bewezen als een effectief middel om enerzijds te activeren en anderzijds robuust op te treden tegen ongewenst gedrag. Gezien de verwachte lagere lasten is de geprognosticeerde onttrekking uit de reserve sociaal domein voor participatie re-integratie ook € 0,1 miljoen lager dan begroot.
‘Vrijwillige zorg waar het kan, professioneel waar het moet’
Verwacht positief resultaat voor speerpunt 'Vrijwillige zorg waar het kan, professioneel waar het moet' bedraagt € 17,7 miljoen, welke is op te splitsen in € 3,6 miljoen Opvang en Ondersteuning Volwassenen, € 6,7 miljoen Maatwerk dienstverlening jongeren en € 3,6 miljoen Maatwerk Wmo. Vanuit het Rijk toegekende middelen HHT is in 2016 € 4,2 miljoen beschikbaar.
Het resultaat op het product Opvang en Ondersteuning Volwassenen komt voornamelijk door verwachte lagere uitgaven zorg in natura voor Beschermd Wonen (€ 1,9 miljoen) en terugvordering van subsidies Beschermd Wonen over 2015 (€ 1,7 miljoen), hetgeen ten goede komt aan het resultaat van 2016.
Het resultaat op het product Maatwerk dienstverlening jongeren was grotendeels voorzien begin 2016 (€ 5,2 miljoen), mede gebaseerd op de toen bekende realisatiecijfers 2015, het eerste decentralisatiejaar van de Jeugdzorg. In maart is besloten € 0,8 miljoen meer in te zetten op de toegang, generalistische hulp, voorzorg en ziekenhuis-CJG-er. Daarentegen zijn bij de meicirculaire 2016 € 0,8 miljoen extra middelen toegekend vanuit het Rijk voor loon- en prijsbijstelling en vanwege het vervallen van de ouderbijdrage. Gedurende 2016 is vanuit de Sociale Verzekeringsbank (SVB) de opgaaf verkregen van de uitgaven persoonsgebonden budgetten (PGB) 2015. Op basis van deze uitgaven en de door de SVB verstrekte informatie 2016 met als peildatum 1 augustus kan het verwacht resultaat met € 1,5 miljoen opgehoogd worden, waarmee het totaal verwachte resultaat per saldo uitkomt op € 6,7 miljoen. Hierbij is geen rekening gehouden met een eventuele inzet van middelen voor kindvriendelijke stad. Oorzaak van het resultaat kan grotendeels toegewezen worden aan de uitgangspunten van de verdeling van de middelen door het Rijk. Vanaf 2017 wordt het budget voor kinderen met een voogdijmaatregel en jongeren van 18 jaar en ouder verdeeld op basis van een nieuwe bron en recentere data, waarmee de uitkering voor gemeente Breda met € 3,3 miljoen daalt. Daarnaast zal bij de septembercirculaire 2016 de uitkering vanaf 2017 nog verder naar beneden bijgesteld worden, omdat is gebleken dat meer cliënten in de Wet langdurige zorg (Wlz) zijn gebleven/gekomen dan verwacht bij de verdeling van het budget. Voor 2016 worden gemeenten daarvoor niet voor gekort.
Het resultaat op het product Maatwerk Wmo bestaat voor € 3,6 miljoen uit verwachte resterende middelen voor huishoudelijke hulp toelage. Vanuit het Rijk toegekende middelen is in 2016 € 4,2 miljoen beschikbaar. In collegevoorstel 45176 worden voorstellen gedaan om de inzet van de middelen voor huishoudelijke hulp toelage te verbreden. Enkele PM-posten in dit voorstel zijn in een concreter bedrag vertaald, waarmee de inschatting van de te verwachten uitgaven voor 2016 uitkomt op € 0,6 miljoen. In collegevoorstel 45176 zijn al voorstellen opgenomen voor bestedingen 2017. Om de verwachte resterende middelen 2016 in te kunnen zetten in 2017 zal een verzoek tot budgetoverheveling ingediend moeten worden of het bedrag moet toegevoegd worden aan de reserve Sociaal Domein.
Wmo begeleiding draagt voor € 3,1 miljoen bij in het positieve resultaat van het product Maatwerk Wmo. Op basis van de door de Sociale Verzekeringsbank verstrekte informatie met als peildatum 1 augustus is de verwachting dat de uitgaven voor persoonsgebonden budgetten uit komen op € 1,3 miljoen. Dit is € 1,2 miljoen lager dan opgenomen in de begroting 2016. Het aantal mensen met een persoonsgebonden budget is duidelijk afgenomen en ook de budgetten per cliënt zijn lager. Daarnaast wordt voor compensatie meerkosten chronisch zieken en gehandicapten een overschot aan middelen verwacht van € 1,2 miljoen en is de verwachting dat er geen aanspraak gedaan hoeft te worden op het begrote risicobudget van € 0,6 miljoen.
Overige oorzaken van het positieve resultaat op het product Maatwerk Wmo zijn:
- € 0,2 miljoen huishoudelijke verzorging , bestaande uit € 1,3 miljoen lagere lasten met daar tegenover € 1,1 miljoen lagere eigen bijdragen.
- € 0,3 miljoen hogere uitgaven voor vervoersvoorzieningen
- € 0,2 miljoen lagere uitgaven voor woonvoorzieningen
- € 0,4 miljoen collectief vervoer (deeltaxi), bestaande uit € 0,7 miljoen lagere uitgaven met daar tegenover € 0,3 miljoen lagere bijdragen van klanten en provincie.
Bestrijding armoede
Verwacht resultaat € 0,585 miljoen negatief.
De belangrijkste oorzaak zijn de uitgaven aan bijzondere bijstand die de afgelopen jaren flink zijn gestegen. Dit is een landelijke tendens, vooral veroorzaakt door de enorme groei van het aantal mensen onder bewindvoering en de toename van het aantal vluchtelingen met een verblijfstatus.
Voor de statushouders zijn extra middelen beschikbaar gesteld in het ‘Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom’. In de prognose is met deze extra middelen al rekening gehouden.
In het ‘Meerjarenplan Schuldhulpverlening 2016-2018 Samen uit de schulden’ die afgelopen juli door de raad is vastgesteld, is opgenomen dat het budgetbeheer wordt geïntensiveerd en nadrukkelijker gepresenteerd bij de rechtbank en organisaties als alternatief en voorliggende voorziening voor beschermingsbewind. (Op dit moment worden hierover nog gesprekken gevoerd met de rechtbank).
Programma 2 Ondernemend Breda
Het totale resultaat voor dit programma bedraagt circa € 5,7 miljoen voordelig.
Stimuleren economische ontwikkeling in Breda
Grondexploitatie
Het positief saldo inzake de grondexploitaties bedraagt € 4,3 miljoen en wordt verklaard door:
- Liquidaties van de grondexploitaties Adriaan Klaassen bedrijven (€ 0,6 miljoen) en Douaneterrein (€ 0,8 miljoen).
- Vrijval voorziening negatieve planresultaten ad € 2,3 miljoen. Door gewijzigde BBV notitie grondexploitaties wordt vanaf 2016 een lager rentepercentage aan de grondexploitaties doorberekend dan de interne rekenrente. Hierdoor kan de voorziening negatieve planresultaten verlaagd worden. Daarnaast wordt de vrijval met name veroorzaakt door lagere benodigde kosten bouw- en woonrijp maken in de grondexploitatie Rithmeesterpark.
- Vrijval voorziening negatieve planresultaten als gevolg van gewijzigde disconteringsvoet. Als gevolg van de gewijzigde BBV notitie grondexploitaties dient voor de berekening van de voorziening negatieve planresultaten gerekend te worden met een lagere disconteringsvoet. Dit levert een voordeel op van € 0,6 miljoen.
Grote projecten in de stad
Via Breda
Het positief resultaat op het product Via Breda bedraagt € 0,88 miljoen en kan worden verklaard uit:
- Een verwachte vrijval in de voorziening van de negatieve planresultaten van € 0,98 miljoen op grond van het herziene resultaat van de grondexploitatie Stationskwartier; Het resultaat op netto contante waarde neemt af van € -/- 21,96 miljoen naar -/- 21,02 miljoen. De verbetering is hoofdzakelijk toe te schrijven aan lagere kosten voor de infrastructurele werken van € 1,1 miljoen; in de berekening is rekening gehouden met de wijziging in de BBV notitie grondexploitaties op grond waarvan een lager rentepercentage wordt toegerekend dan de interne rekenrente.
- Hogere kapitaallasten van € 0,1 miljoen (voor de Verlengde Stationslaan € 50.000 en de fietsenstalling € 49.000); deze hogere lasten worden gedekt uit een hogere onttrekking uit de Centrale Investeringsreserve Via Breda
Dynamische Stad
Cultureel Erfgoed
De totale overschrijding van € 0,2 miljoen op Cultureel Erfgoed wordt veroorzaakt door:
- Overschrijding open monumentendag ad € 0,07 miljoen.
- Overschrijding beheer ad € 0,1 miljoen, veroorzaakt door de aangetroffen verontreiniging en de kosten en interne uren voor verwijdering van deze verontreiniging en eenmalige kosten voor verkrijging certificering in de archeologie als uitvloeisel van de invoering van de nieuwe erfgoedwet per 1-7-2016.
Media
Door wijziging in het convenant vanuit het ministerie is het streefbedrag bijgesteld van € 1,29 per woonruimte naar € 1,14 per huishouden. Op dit onderdeel ontstaat een resultaat van € 0,01 miljoen.
Onderwijs
Verwacht positief resultaat voor onderwijs/onderwijsbeleid is € 0,46 miljoen. Dit is het saldo van de resultaten op lasten en baten. (Zie ook uitleg OCW-middelen Balans in het volgende tekstblok).
Extra middelen vanuit het Rijk voor de voorschoolse voorzieningen en minder gebruik van de BredaPas-peutertuin-middelen geven een positief resultaat van ruim € 0,2. Daarnaast lijkt er een structureel overschot te ontstaan op de middelen leerlingenvervoer van een ton. En ook in 2016 zullen de incidentele ontvangsten vanuit de gemeenschappelijke regeling Regionaal Bureau Leerplicht niet volledig benodigd zijn voor de, dit jaar nog, noodzakelijke bestedingen, waardoor hier wellicht € 0.1 zal overblijven. Tot slot lijken de middelen voor Contant moment adolescenten ruimschoots toereikend. Deze middelen zaten voorheen in de decentralisatieuitkering CJG. Inmiddels lopen deze middelen via het gemeentefonds maar de begroting blijft al een paar jaar op hetzelfde niveau. Hier lijkt een structureel overschot van € 35.000 te ontstaan bij gelijkblijvende afspraken met de uitvoeringsinstantie, de GGD.
Onderwijs / Onderwijsbeleid / OCW-middelen balans
Via omslag 44766 zijn incidentele restantmiddelen onderwijs aan de begroting 2016 toegevoegd. Het betreft hier de restantbedragen die nog op de balans stonden vanuit de OC en W-regelingen Onderwijsachterstandenbeleid, Educatie en Regionale meld- en coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten. In totaal een bedrag aan lasten en baten van € 1.662.392. In welke mate deze extra middelen nog in 2016 werkelijk zullen worden uitgegeven is niet duidelijk. Eind 2016 zullen de werkelijke uitgaven worden verrekend met de balansbedragen. De restantmiddelen die dan nog op de balans blijven staan zullen in de SiSa-bijlage van de jaarrekening 2016 worden opgenomen. Het ministerie van OCW zal op basis van deze jaarcijfers 2016 besluiten of de nieuwe restantbedragen op onze balans voor deze regelingen ook nog in 2017 mogen worden ingezet.
Programma 3 Duurzaam wonen in Breda
Het resultaat op dit programma bedraagt € 9,3 miljoen. Dit saldo is het resultaat van een aantal factoren.
Verdeling beschikbare ruimte
Het negatief saldo bedraagt €€ 0,58 miljoen en wordt met name verklaard door:
- Er zijn meer kosten gemaakt in het kader van werkzaamheden binnen anterieure overeenkomsten. Anterieure overeenkomsten worden in het kader van faciliterend grondbeleid gesloten met derden (ontwikkelaars en bouwers), die ruimtelijke plannen ontwikkelen en uitvoeren binnen de gemeentelijke grenzen. Deze kosten worden grotendeels verhaald op ontwikkelaars. Niet voor alle kosten is dit mogelijk, dit leidt in 2016 tot een tekort van € 0,2 miljoen veroorzaakt door diverse projecten. Dit tekort is voor een deel ontstaan in voorgaande jaren, waarvan nu blijkt dat deze niet geheel verhaalbaar zijn. Hiervoor wordt in het weerstandsvermogen een risicoreservering aangehouden van in totaal € 4 miljoen.
- In 2016 is subsidie verstrekt aan Stadslab Breda ter grootte van € 0,07 miljoen.
- De interne kosten zijn € 0,15 miljoen hoger als gevolg van werkzaamheden aan diverse initiatieven vanuit de stad waar nog geen overeenkomsten voor gesloten zijn en werkzaamheden ten behoeve van regionale samenwerking.
- Hogere kosten als gevolg van invoering Omgevingswet en kosten vanuit wijzigingen bestemmingsplannen welke niet volledig verhaalbaar zijn op derden.
- In de Voorjaarsnota 2016 is voor 2016 en 2017 budget toegekend voor de herziening van de welstandsnota. Op dit moment wordt het traject gestart om gezamenlijk met partijen in de stad te komen tot de ingrediënten hiervoor. Na dit proces kan gestart komen met de daadwerkelijke herziening. De verwachting is dat uitnutting van het beschikbare budget in 2016 niet volledig zal plaatsvinden en dat de inzet van middelen met name in 2017 zal plaatsvinden.
Grote woonprojecten in de stad
Grondexploitaties Woningbouw:
Het positief saldo bedraagt € 10,1 miljoen en wordt verklaard door:
- Liquidaties van grondexploitaties voor een bedrag ad € 2 miljoen, te weten Haenen Noord (€ 0,4 miljoen), De Neel (€ 0,6 miljoen) en Asterd (€ 1,4 miljoen).
- Winstneming inzake de Roosberg ad € 1,4 miljoen.
- Vrijval voorziening negatieve planresultaten ad 1,8 miljoen. Door gewijzigde BBV notitie grondexploitaties wordt vanaf 2016 een lager rentepercentage aan de grondexploitaties doorberekend dan de interne rekenrente. De grootste wijzigingen treden op in de grondexploitatie Bouverijen en Adriaan Klaassen Landgoed.
- Vrijval voorziening negatieve planresultaten als gevolg van gewijzigde disconteringsvoet. Als gevolg van de gewijzigde BBV notitie grondexploitaties dient voor de berekening van de voorziening negatieve planresultaten gerekend te worden met een lagere disconteringsvoet. Dit levert een voordeel op van € 0,5 miljoen.
- De reguliere exploitatie gronden en panden heeft een tekort ad € 0,5 miljoen, dit wordt met name veroorzaakt door de benodigde dotatie aan de voorziening groot onderhoud om te komen tot een gelijkmatige verdeling van de onderhoudskosten tot en met 2024.
- Verkoopresultaat panden en gronden ad € 5,9 miljoen positief. Dit is met name gerealiseerd bij de verkopen van de gronden rondom het Amphia Ziekenhuis waarvan in 2016 levering heeft plaatsgevonden.
- Eind 2016 worden de waarderingen van de panden en gronden opnieuw tegen het licht gehouden en waar nodig extern getaxeerd. Voorzichtigheidshalve is in het resultaat € 1,0 miljoen gereserveerd voor mogelijke consequenties.
Programma 4 Basis op orde in Breda
Het verwachte financiële resultaat voor dit programma bedraagt € 1,2 miljoen voordelig.
Dienstverlening
Belangrijkste oorzaak voor dit positieve resultaat is het voordeel op ontvangen bouwleges. Naast een positief effect als gevolg van nieuwe instroom van aanvragen is sprake van een incidentele legesopbrengst van € 1,2 miljoen.
Voor de overige legesopbrengsten zijn de volgende ontwikkelingen relevant.
Naar aanleiding van een uitspraak van het Hof Den Bosch (28 mei 2015) betreffende het niet meer toestaan van legesheffing voor Bibob-onderzoeken vervalt in Breda de mogelijkheid om leges te heffen voor Bibob-onderzoeken. De inkomsten die we hiermee mislopen (€ 80.000 bouwen en € 30.000 horeca) kunnen naar verwachting worden opgevangen binnen het totaal van de legesopbrengsten Omgevingsvergunning en de precariopbrengsten voor terrassen.
Tegenover dit per saldo positieve effect van de legesopbrengsten staat een aantal nadelige effecten.
De pachtsommen van de najaarskermis blijven achter bij de begroting. Dit is in lijn met de landelijke trend: het aantal inschrijvingen op de openbare verpachtingen is gedaald en de geboden pachtsommen zijn tevens lager dan in voorgaande jaren. Omdat de voorjaarskermis dit jaar niet heeft plaatsgevonden (in verband met pilot familiekermis) worden de opbrengsten waarmee in de begroting rekening was gehouden, niet gerealiseerd. Naar verwachting wordt op de kermissen een negatief resultaat verwacht van € 0,2 miljoen.
Per saldo zal op verschillende onderdelen van het thema Dienstverlening sprake zijn van afwijkingen ten opzichte van de begroting. Het aandeel in het negatieve resultaat van de OMWB levert bijvoorbeeld een nadeel op (€ 40.000). De incidentele extra middelen Toezicht & Handhaving 2016 zijn ingezet op BOA 2.0 (inclusief de samenwerking met Staatsbosbeheer) en de personele inzet op bestaande stad (het op orde brengen van de BAG). Tegenover hogere proceskosten voor het beheer van uitkeringen en een nadeel op de Wet op de Lijkbezorging als gevolg van een groter aantal uitvaarten staat een positief effect vanuit lagere proceskosten WOZ.
Beheer van de openbare ruimte
De lasten zijn naar verwachting € 0,47 miljoen hoger dan waarmee in de begroting rekening was gehouden.
Noodvervanging houten bruggen
Uit de vijfjaarlijkse inspectie van de civieltechnische kunstwerken (bruggen, tunnels en viaducten) is gebleken dat diverse houten bruggen en vlonders veel sneller aan het einde van hun levensduur zijn gekomen dan verwacht. Enkele hiervan moeten omwille van de veiligheid zo snel mogelijk vervangen en/of gerepareerd worden. De kosten hiervan zijn niet opgenomen in de onderhoudsvoorziening. Ook in de exploitatiebegroting is hiervoor onvoldoende ruimte. Daardoor zal noodgedwongen een overschrijding ontstaan op deze post. De twee Zaartparkbruggen zijn onlangs opgeleverd en hebben € 280.000 gekost.
Evenementen installaties
De afgelopen jaren zijn op diverse plekken in de stad aansluitpunten aangelegd voor elektriciteit en water ten behoeve van evenementen. Uit recente inspectie is gebleken dat een aantal daarvan vanwege de veiligheid per direct vervangen dient te worden. Hiervoor is geen budget. De vervanging, reparatie en het veilig maken van deze evenementenkasten voor markten, kermissen, evenementen en standplaatsen vordert gestaag en is per ultimo 2016 afgerond. Het verwachte resultaat is € 142.000 negatief.
Oliesporen en wateroverlast station
Er zijn dit jaar meer grote reinigingsacties op oliesporen op de rijweg dan begroot. Het gaat hier om eenmalige en niet te verhalen kosten. Daarnaast is de busterminal in het station na wateroverlast vele malen droog gezogen om extra schade aan ondergelegen winkels te voorkomen. De oorzaak is verholpen. De prognose is dat het nadelige saldo als gevolg hiervan € 120.000 nadelig zal zijn.
Overige onderdelen
Het project Waardevolle bomen zal naar verwachting een beperkte overschrijding kennen.
De waterkwaliteit van de Asterdplas is gemiddeld de afgelopen periode onder de normen geweest, zodat dit jaar een negatief zwemadvies afgegeven moest worden. Om te zorgen dat de waterkwaliteit verbetert moeten er maatregelen getroffen worden. Ook hier zal een beperkte overschrijding zichtbaar zijn.
Rioolheffing
Er wordt een positief resultaat op de opbrengst van rioolheffing verwacht van € 0,2 miljoen.
Open overheid
Voor de raad, griffie en Rekenkamer tezamen wordt een negatief resultaat van bijna € 0,2 miljoen verwacht.
Dit wordt onder andere veroorzaakt door een nog niet gerealiseerde taakstelling uit het bestuursakkoord 2015-2018 van € 0,1 miljoen heroverweging niet-wettelijke taken binnen de Veiligheidsregio.
Beperkte overschrijding wordt verwacht in verband met het raadsonderzoek naar het Rat Verlegh Stadion en de kosten voor de werkzaamheden van Debat.nl.
Ook de aanschaf c.q. vervanging van computerapparatuur voor raad- en commissieleden levert een beperkt nadeel ten opzichte van de begroting op. Op basis van wijzigingen in landelijke wetgeving medio 2015 kunnen aan raads- of commissieleden een computer, bijbehorende apparatuur en software in bruikleen ter beschikking worden gesteld. Inmiddels is meer dan de helft van de raads- en commissieleden middels een bruikleenovereenkomst een Ipad danwel andere computerapparatuur ter beschikking gesteld.
Beheer van het gemeentelijk vastgoed
Er wordt in totaliteit een tekort verwacht van € 0,7 miljoen. Meest substantiële onderwerpen daarbij zijn extra kosten voor het Rat Verleghstadion (€ 0,5 miljoen), Sloop en sanering Scheldestraat (€ 0,1 miljoen), taakstelling centralisatie overig gemeentelijk vastgoed (€ 0,1 miljoen), huur en advieskosten Parade (€ 0,1 miljoen) en urgente maatregelen om te voldoen aan wet- en regelgeving (€ 0,1 miljoen). Hier staan enkele voordelige effecten tegenover ter hoogte van € 0,3 miljoen (waaronder verkoop van de Waterloostraat 23).
Aandachtspunten / risico's:
Parkeerdak Chasséparking kent een financieel risico van € 200.000 euro zonder dekking. Deels zijn wel middelen in de voorziening aanwezig.
De vervangingsinvestering civieltechnische kunstwerken is grof berekend en gaat om miljoenen. Het gemeentelijke plan Civieltechnische Kunstwerken zal een raming en tijdspad bevatten. Beoogd is opname in overdracht document voor de volgende collegeperiode. Er dient een financieringsmethodiek te worden gekozen.
Verlegregeling met netwerkbeheerders (o.a. Brabant Water)
We zijn in gesprek met de netwerkbeheerders over de huidige werkwijze en de bijbehorende financiële component. Afhankelijk van de uitkomst kan dit leiden tot een ander financiële constructie rond deze wettelijke taak.
Programma 5 Organisatie en financiën van Breda
Het te verwachten resultaat 2016 op dit programma bedraagt € 0,3 miljoen nadelig.
Dit resultaat is een samentelling van verschillende voordelige en nadelige bedragen. De personeelslasten zijn in de praktijk gestegen als gevolg van afgesloten CAO. Hier staat echter een reservering tegenover, waardoor deze stijging niet tot knelpunten leidt. Als gevolg van de uitvoering en invoering van wettelijke taken (zoals de uitvoering van de Wet Boete en de invoering van de Wet op de Vennootschapsbelasting (VPB)) is via inhuur gebruik gemaakt van expertise van buiten de organisatie. Als gevolg van hogere licentie- en netwerkkosten zijn de automatiseringskosten eveneens hoger dan begroot.
Solide financiën
Treasury
De financiële rentemarkten zijn in 2016 wederom volledig beheerst door de acties van de ECB. Daardoor zijn de rentes op de geld- en kapitaalmarkt nog verder gedaald. De lagere rente op nieuw aangetrokken externe financiering heeft daardoor geleid tot lagere lasten. 2016 wordt het eerste jaar voor de gemeente Breda dat er voor nieuw aangetrokken externe financiering geld wordt ontvangen in plaats van betaald. Dit heeft een positief effect op het treasury resultaat. Daarnaast is er meer rente toegerekend aan de activa door de toename ervan. Deze voordelen hebben een positief effect van ongeveer € 7 ton op het treasury resultaat.
Er is echter ook een tweetal posten die een fors negatief effect hebben op het treasury resultaat. Er was een fors jaarrekening resultaat over 2015. Dit heeft geleid tot hogere reserves. De reserves worden ingezet als intern financieringsmiddel en hierover wordt de omslagrente van 3,9% vergoed. Dit leidt tot een fors hogere rentelast over de eigen financieringsmiddelen.
Daarnaast heeft nieuwe BBV regelgeving over de rentetoerekening aan grondexploitaties ervoor gezorgd dat de toerekening van rente aan grondexploitaties bijna gehalveerd is. Dat werkt positief uit voor de grondexploitaties maar negatief voor het treasury resultaat. Beide posten hebben een impact van ongeveer € 8 ton, totaal €1,6 miljoen.
Het totale treasury resultaat daalt daarmee van € 4,2 miljoen (bij de begroting) naar € 3,3 miljoen.
OZB-opbrengsten
Op basis van de halfjaarsverantwoording vanuit de Belastingsamenwerking West-Brabant en de resterende prognose lijkt de ozb-opbrengst over 2016 achter te blijven op de begrotingsraming. Nadeel van € 0,3 miljoen.
Stelposten
Binnen de gemeentelijke begroting is een aantal stelposten aanwezig die in de praktijk ingezet worden voor specifieke ontwikkelingen die zich in de loop van het jaar voordoen.
Dit geldt bijvoorbeeld voor een stelpost, waarmee kapitaallasten die samenhangen met investeringen gedekt worden. Verwacht wordt dat dit nog niet volledig wordt ingezet in 2015, maar in latere jaren. Een goed inzicht in de restantkredieten is daarbij van belang. In aanloop naar de jaarrekening zal ook het inzicht in de meerjarige inzet worden verbeterd. Momenteel bedraagt deze stelpost € 1,5 miljoen voordelig.
Vanuit eerdere besluitvorming en doorwerkende effecten uit rijkscirculaires is momenteel nog € 0,422 miljoen niet concreet toegewezen.
Ook de stelpost die bestemd is voor claims areaaluitbreiding is nog niet volledig ingezet. Momenteel resteert een bedrag van € 0,499 miljoen voordelig.
Ten behoeve van de invoering van het zogenaamde Individuele Keuzebudget (IKB) is een reservering gemaakt ter dekking van de extra eenmalige kosten die met de invoering samenhangen.
De post onvoorzien wordt naar waarschijnlijkheid niet ingezet in 2016. Dit levert een effect op van € 0,3 miljoen voordelig.
In het Jaarverslag 2015 is een BTW-naheffing vanuit de Belastingdienst verwerkt. Een bedrag van € 0,394 miljoen komt echter nog ten laste van 2016.
Het jaarrekeningresultaat op het gemeentefonds bestaat uit de uitkomsten van de decembercirculaire. Deze mutaties zijn op dit moment uiteraard niet bekend. Op dit moment derhalve geen resultaat te prognosticeren.
Kansen en risico's
Oninbaarheid heffingen
De Belastingsamenwerking heeft de afgelopen periode ingezet op het optimaliseren van haar invorderingsactiviteiten. Daardoor komt een steeds beter beeld in de openstaande debiteurenpositie en de mogelijkheden om de openstaande belastingschulden nog te innen. Op onderdelen zal dit door gebrek aan vermogen en faillissementen niet mogelijk blijken te zijn, hetgeen mogelijk tot een tijdelijke stijging van het oninbaar verklaren van vorderingen leidt.